Sinds 1 februari 2017 is de Tax Shelter in werking voor investeringen in jonge bedrijven via erkende crowdfundingplatformen. Ook het verstrekken van leningen aan start-ups via een erkend crowdfundingplatform kan een fiscaal voordeel genieten. De overheid poogt op deze manier investeringen in jonge ondernemingen aan te moedigen.
Hoe werkt dit nu in de praktijk?
Vooreerst is er een verschil tussen een belegger die investeert in het kapitaal van een start-up via aandelen en een belegger die een lening versterkt aan een start-up.
Een particulier die participeert in het kapitaal van een startende vennootschap via aandelen kan zo 30% (in geval van kleine vennootschap [1]) tot 45% in geval van micro-vennootschap [2]) van zijn investering in mindering brengen van de personenbelasting. De meeste van de bedrijven die aandelen uitgeven op het Bolero Crowdfunding platform zijn start-ups en scale-ups die onder de definitie van 'micro -vennootschap' vallen.
Onder deze interessante fiscale maatregel kan men als particulier per jaar maximaal 100.000 EUR investeren in een start-up Onder een start-up wordt verstaan een kleine of micro vennootschap die jonger is dan vier jaar, gerekend vanaf de datum van inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO). De maximale participatie in het kapitaal die in aanmerking komt voor het fiscale voordeel bedraagt 30%. Men is wel verplicht deze aandelen minimum 4 jaar in portefeuille te houden, zoniet wordt het voordeel pro-rata teruggevorderd. Een vennootschap kan tot maximum 250.000 EUR ophalen binnen het systeem van tax shelter.
In geval van een lening zal de kredietgever kunnen genieten van een vrijstelling van 30% roerende voorheffing op de intresten van de lening. De belastingplichtige kredietgever dient te handelen i.k.v.h. beheer van zijn privévermogen. Bijgevolg komen onafhankelijke privé -investeerders (niet voor VenB - of RPB-plichtige) en ondernemers/bedrijfsleiders die handelen als privé persoon in aanmerking.
Het bedrag van de leningen, gecumuleerd over de laatste 4 jaar, is beperkt tot 15.000 EUR (aanslagjaar 2017 en 2018). Ook hier moet de lening een minimale looptijd van 4 jaar hebben, moet ze worden uitgegeven door een start-up en mag ze niet worden aangewend ter herfinanciering.
Daarnaast is de vrijstelling niet mogelijk voor geherkwalificeerde interesten in dividenden. In tegenstelling tot de tax shelter worden bedrijfsleiders niet uitgesloten van de regeling.
Ook geldig via crowdfunding, of toch (nog) niet?
De tax shelter is geldig voor investeringen in start-ups via erkende crowdfundingplatformen. Leningen verstrekt via een erkend crowdfundingplatform komen in aanmerking voor de vrijstelling van roerende voorheffing. Bolero Crowdfunding verkreeg deze erkenning van de FSMA.
Aangifteplicht?
De intekening op aandelen zal blijken uit het fiscaal attest dat de investeerder op vraag van de administratie moet kunnen voorleggen. Het is de start -up die het attest moet opstellen en bevestigt dat de investering voldoet aan de wettelijke bepalingen.
- Het attest moet bevestigen dat de aandelen op 31 december van het jaar van aanschaffing in bezit zijn en, uitgezonderd in geval van overlijden, op 31 december van elk van de vier volgende jaren, nog steeds in het bezit zijn van de investeerder.
- Het attest moet worden uitgereikt vóór 31 maart van het jaar volgend op het jaar van de verwerving van de aandelen, en van de vier daaropvolgende jaren.
- Daarnaast moet de investeerder belastingvermindering aan vragen in zijn aangifte personenbelasting. Hij moet het voor de aandelen betaalde bedrag aangeven.
De kredietgever die een lening verstrekt moet in zijn aangifte personenbelasting vermelden hoeveel kredieten hij via een crowdfundingplatform heeft gesloten die in aanmerking komen voor het fiscaal voordeel. Daarnaast is de investeerder verplicht om de intresten die de globale leningsschijf van 15.000 EUR overstijgen, aan te geven als er hierop geen roerende voorheffing werd ingehouden.
Wanneer de inkomsten niet worden aangegeven, kan de aanslag alsnog gevestigd worden (verhoogd met nalatigheidsintresten) gedurende een periode van drie jaar te rekenen vanaf 1 januari van het aanslagjaar. Deze termijn kan worden verlengd tot 7 jaar ingeval er sprake is van bedrieglijk opzet of oogmerk om te schaden. Het bewijs van het bedrieglijk opzet of het oogmerk om te schaden dient door de Administratie geleverd te worden
Staar u niet blind op de fiscale voordelen alleen!
Zelfs als de tax shelter in voege is, blijft investeren in jonge bedrijven zeer risicovol. Een aanmoediging via de tax shelter is uiteraard leuk, maar investeren in starters enkel en alleen omdat het een fiscaal voordeel oplevert wordt afgeraden. In geval van faillissement zal u toch verliezen, ongeacht of er een fiscaal voor deel was of niet.
Meer informatie vindt u op deze website
Kleine vennootschappen in de zin van Art. 15 §1-§6 W.Venn. zijn de vennootschappen met rechtspersoonlijkheid die op balansdatum van het laatst afgesloten boekjaar, niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden. Voor het boekjaar dat aanvangt vanaf 1/1/2016 zijn volgende criteria van toepassing:
- jaargemiddelde van het personeelsbestand: 50;
- jaaromzet, exclusief BTW: 9.000.000 EUR;
- balanstotaal: 4.500.000 EUR;
Micro-vennootschappen worden omschreven als kleine vennootschappen met rechtspersoonlijkheid die op datum van de jaarafsluiting geen dochtervennootschap of moedervennootschap zijn en die niet meer dan één der volgende criteria overschrijden:
- jaargemiddelde van het personeelsbestand:1O;
- jaaromzet , exclusief BTW: 700.000 EUR;
- balanstotaal: 350.000 EUR;
Voornoemde criteria van kleine en micro-vennootschappen worden fiscaal op geconsolideerde basis berekend als de vennootschap met één of meer andere vennootschappen verbonden is in de zin van artikel 11 W.Venn.
Wanneer in een vennootschap meer dan één van de criteria worden overschreden of niet meer worden overschreden, heeft dat slechts gevolgen wanneer dat zich gedurende twee achtereen volgende boekjaren voordoet. De gevolgen gaan in dat geval in vanaf het boekjaar dat volgt op het boekjaar gedurende hetwelk meer dan één van de criteria voor de tweede keer werden overschreden of niet meer werden overschreden.
Startende vennootschappen moeten voornoemde criteria bij het begin van het boekjaar te goeder trouw inschatten.